The work of John Kayser (1922-2007, USA) is unique in that it was made in secret. A lifetimes oeuvre, like so much of the avant-garde teetering at societies fringes was almost lost for eternity. After his death in 2007 his work was discovered within his discarded belongings by a collector who saw in them salvageable treasures and entrusted them to the Ampersand Gallery in Portland, USA. This world he left, intercepted as it almost plummeted into non-existence is saturated with a taut sense of trepidation and voyeurism. Within lies a captivating erotic universe with inescapable draw, but its clandestine origins leave us questioning our welcome, and their mysterious origins.
Little is know about his life, as biographical information in scarce. He was born in North Dakota and lived in Los Angeles, he briefly served as an armorer in the 18th Bomb Squadron of WWII. He also attended the Art Centre of Los Angeles and the Allied Art School in Glendale California. The remainder of his story exists on a continuum of speculation in conversation with his work. On investigation we begin to unravel the life of an amateur, outsider artist with an unmistakeable feeling for composition and total lack of pretension. His work, not grandiose or performing for an audience, is indelibly personal; comprised of snapshot 1-hour service prints, colour Kodaks and home videos, likely developed at one of the drug stores on Sunset Boulevard.
Everything but a professional photographer, he nonetheless created works with immaculate theatrical sensitivity. He explored the use of hand-painted backdrops, outdoor locations, posture and lighting in ways that evolved over time. This evolution indicating that, no matter the fetishistic first impressions one might sense, this was his creative practice. That he had an insatiable thirst to embody some internal vision within his environment, whilst continuously delving. But who are his muses? Some models are recurring, relationships growing for years, which surely precipitated an enormous degree of trust. Some presumably dancers from strip clubs, each performing on his artfully constructed stage.
We see in his work an intimacy that might cause discomfort. But on further investigations he is not only playing out taboo desires, but meticulously constructing arresting scenes: Women crushing fruit with their buttocks, smothering him, or the looming threat of a high heel stepping in an open mouth. There is both an openness and playfulness but also profound and tender trust between the artist and the subjects depicted. Both in their bold explorations of sexuality in a time that would have scalded them for it, and in the implied physical danger. Slowly, the work breaks down your unease. The longer you look, the clearer the props, the scene and the play.
John Kayser’s work is a symbiosis of vision and sexuality, of one’s deepest longings and craft. In studio pouring all erotic inner-self into his work in a way that could only take place free of shame and out of sight. His work is proof of the perennial nature of human desire: disarming and comforting in its historicity. In his ascending of the laws of his time, we find relief from our own burdens. In his intimate sanctuary, we might also dispose of our guilt: we are not alone, we were never alone.
Het werk van John Kayser (1922-2007, VS) is door zijn geheimzinnige aard een unicum. Een levenslang oeuvre, dat net zoals zoveel van de avant-garde aan het randje van de maatschappij bungelde en bijna voor de eeuwigheid verloren ging. Na Kaysers dood in 2007 werden, tussen al zijn afgedankte spullen, zijn foto’s en 8-mm films gevonden door een verzamelaar die meende goud in handen te hebben en het toevertrouwde aan de Ampersand Gallery in Portland, VS. Zijn werk werd aldus ontdekt, voordat het bijna in het niets opging en hiermee liet hij een wereld achter die een onrustig en voyeuristisch gevoel creëert. Hoewel de mysterieuze oorsprong van Kaysers werk ons in het duister laat tasten, ligt er binnen deze eigen gecreëerde wereld een meeslepend erotisch universum met een onontkoombare aantrekkingskracht.
Er is maar weinig bekend over Kayser. Hij werd geboren in Noord-Dakota, woonde in Los Angeles en diende kortstondig in het 18e eskader tijdens de Tweede Wereldoorlog. Hij studeerde ook aan de Art Centre van Los Angeles en aan de Allied Art School in Glendale, Californië. Over de verdere invulling van zijn levensverhaal kan aan de hand van zijn werk gespeculeerd worden. Bij nader onderzoek kunnen we het leven ontrafelen van een amateur en een buitenstaander met een vanzelfsprekend gevoel voor compositie en een totaal gebrek aan pretentie. Zijn werk, noch grandioos, noch gemaakt voor publiek, is onmiskenbaar persoonlijk; bestaande uit snapshot 1-uur service prints, Kodak kleurenprints en home video’s, waarschijnlijk ontwikkeld in een van de drogisterijen op Sunset Boulevard.
Ondanks dat hij alles behalve een professionele fotograaf was, creëerde Kayser werken met een onberispelijke theatrale gevoeligheid. Hij experimenteerde met het gebruik van diverse buitenlocaties, verlichting en handgeschilderde achtergronden die zich ontwikkelde in de loop der tijd. Er is sprake van een dwingende, onverzadelijke honger om zijn visie in zijn omgeving te verwezenlijken, ongeacht de fetisjistische indruk die het zou kunnen opwekken.
Maar wie waren zijn muses? Sommige modellen keren vaker terug in de foto’s, wat te danken is aan jarenlange vriendschappen die hij met hen onderhield en waardoor er een enorme mate aan vertrouwen groeiden. Sommige vrouwen waren vermoedelijk dansers bij strip clubs, die eenmaal bij hem thuis op zijn fraai geconstrueerde podia optraden.
De intimiteit die wij op het eerste gezicht waarnemen levert wellicht ongemak op. Maar bij nader onderzoek blijkt hij niet enkel te spelen met verlangens die taboe zijn, maar construeert hij ook fascinerende en spannende scenes: vrouwen die fruit verpletteren met hun billen, verstikking of een dreigend beeld van een hoge hak geplaatst in een open mond. Er is zowel een openheid en speelsheid als een diepgaand en teder vertrouwen tussen de kunstenaar en zijn modellen. Dat is vooral terug te zien in de impliciete spanning en de kwetsbare verkenningen van seksualiteit. Naarmate je het werk tot je door laat dringen, breekt het onbehagen gevoel langzaam af. Hoe langer je ernaar kijkt, hoe duidelijker de rekwisieten, de scene en het toneelstuk worden.
Het werk van John Kayser is een symbiose van visie en seksualiteit, van iemands diepste verlangens en vakmanschap. In zijn studio kon hij uit het zicht te werk gaan, waardoor hij schaamteloos zijn innerlijke erotische verlangens kon uitten. Zijn werk is het bewijs van het eeuwig durende menselijke verlangen: ontwapenend en troostend. Kayser gaat aan de normen en waarden uit zijn tijd voorbij en hierin kunnen wij verlichting van onze eigen lasten vinden. We kunnen ons ontdoen van onze schuld in zijn intieme toevluchtsoord: we zijn niet alleen, we zijn nooit alleen geweest.